Kleurrijk Afrika, 13-01-2018

Spannend, we gaan voor de eerste keer inklaren. We zijn buiten Europa en moeten ons dus melden bij Immigratie en de Maritieme Politie. Jay is er op de dag van onze aankomst relaxed onder: het mag gerust morgen. Dat doen we dus maar. Laten we die relaxmodus maar over nemen. Tot die tijd gaan we niet aan land en zijn we nog even illegaal op Kaapverdië.
Na het ontbijt varen we met ons Veertje naar de kleine visserskade van het havenstadje Palmeira wat gewoon een klein dorp blijkt te zijn. Gelijk duwen een stuk of vijf jongetjes, de één nog brutaler dan de ander, elkaar aan de kant om ons te helpen met het vastleggen van de dinghy. Uiteindelijk wijzen we het kleinste, ietwat verlegen jochie aan om op ons bootje te passen. Één euro bij terugkomst beloven we hem. Met een bescheiden lachje belooft hij ons dat hij zal ‘garder’, opletten.
Wij zoeken het politiekantoor op en hebben blijkbaar erg veel geluk. Een Duitse eigenaar van een dikke catamaran met zijn Italiaanse echtgenote en een crew van vier personen doen al voor de vierde keer een poging om te kunnen inklaren. Als wij arriveren staat er ook een jong Frans zeilers-stel voor de deur. Zij willen vandaag vertrekken en dus uitklaren. Op de deur van de Immigratie staat dat de politiebeambte elke ochtend van 8.30 tot 10.30 uur aanwezig is. Het is nu 10.00 uur maar er is niemand. Maar goed nieuws: hij is opgeroepen en onderweg.
Even later rijdt een politiebusje voor en een keurige, in strak uniform gestoken, breed lachende politieagent stapt uit. Wij gaan eerst naar de Maritieme Politie om ons schip in te klaren. De jonge agent spreekt naast Portugees alleen Frans. Even omschakelen en duidelijk maken dat we gisteren zijn aangekomen.  Het registratiebewijs van de boot wordt ingenomen, dat krijgen we terug bij het uitklaren. We waren hier al voor gewaarschuwd en om mogelijke problemen te voorkomen heb ik enkele weken geleden een beetje zitten fröbelen. Het originele registratiebewijs hebben we in Puerto de Mogán bij een copyshop laten kopiëren. Daarna heb ik het vakkundig ingeseald. Het lijkt net echt. Duo ‘list en bedrog’ is goed bezig geweest 😉 . Deze bijna-net-echte-kopie-van-het-origineel laten we met een gerust hart achter op het enigszins gedateerde, nette maar van oranjebruin woestijnzand voorziene, kantoor der politie. Door naar Immigratie. De vriendelijk lachende en wel een beetje Engels sprekende agent vraagt ons, net zoals de maritieme collega, een formulier met onze gegevens in te vullen. Na zorgvuldige controle en het betalen van € 5,00 krijgen we een prachtige (eerste) stempel in onze paspoorten. We zijn gelegaliseerd en kunnen op verkenning uit.

Het dorp Palmeira is rustig. De blokkenhuisjes zijn kleurig, de mensen zijn rustig, niet opdringerig. Er zijn een paar mini-supermarktjes met een zeer beperkt assortiment. Op de trottoirs zitten een ennkele vrouwen die groente en fruit verkopen vanuit een kruiwagen of grote plastic teilen. Op de kade wordt de gevangen vis direct vanuit de felgekleurde kleine houten vissersbootjes verkocht. Zwerfhonden zoeken een maaltje of liggen heerlijk lui midden op straat. De straten zijn vrij netjes, het is allemaal een beetje armoedig maar wel leefbaar. Her en der staat een bouwval waar een lijntje wasgoed buiten hangt. Ook hier wonen dus mensen. Het gebouwtje mag je amper huis noemen, maar het buitenplaatsje is wel netjes aangeveegd.
Buiten het dorp is alles droog en dor. En de enkele boom of struik met oorspronkelijk groene bladeren lijkt ook dor. Het vele oranje-bruine woestijnzand wat vanuit het continent van Afrika richting het oosten wordt geblazen, zorgt ervoor dat echt alles stoffig bruin kleurt. Sal is vooral heel veel niets. Zand, stenen, wat heuvels, een paar dorpjes en in het zuiden een toeristische trekpleister: het strand. En het stadje Santa-Maria, vol met toeristische winkeltjes, restaurants, bars en hotels. En een wifi-café. Fijn om alle lieve, grappige en ondersteunende reacties via app, email, Scheepsproat en Facebook te lezen.

Als we weer terug zijn in Palmeira gaan we bij een klein ‘restaurant’ eten. Het eethuisje bestaat uit een terras met plastic tafels en stoelen, een container waarin de bar en keuken en buiten een bbq en diepvrieskist met heel veel ijsblokjes waartussen perfect gekoelde Kaapverdische Strela-biertjes. We willen wat eten? Dat kan! Vis? Lobster? Octopus? Garoupa? Toevallig zagen we die laatstgenoemde mooi rood-oranje gekleurde vis zojuist op de kade vers binnen komen. Ok! Dat lijkt ons wel wat! Menukaart en prijzen zijn er niet. We zijn dus benieuwd… De vis van de bbq met overheerlijke frietjes (dat is lang geleden, friet, jammieeee!), rijst en rauwkost gaan er in als koek. We blijven lekker lang tafelen met nog wat extra biertjes. Uit eten is hier extra leuk: een topmaaltijd voor € 6,- per persoon en de biertjes € 1,- per stuk!

Vanuit Sal varen we naar het eiland Sao Vicente, naar de stad Mindelo. De overtocht van 120 mijl, waar we 24 uur over doen, is er één om heel snel te vergeten. Ik denk het met een reistabletje in plaats van een pleister achter mijn oor af te kunnen. Koen is in de middag druk met het vullen van de watertanks en alle jerrycans vanuit de watermaker, die inmiddels weer perfect werkt. Hierdoor besteden we te weinig aandacht aan het perfect trimmen van de zeilen. Gevolgen: Taurus doet zijn werk niet helemaal jofel en we moeten elke 5 tot 10 minuten handmatig corrigeren. En ik word zeeziek. Alweer! Wat een ellende. Koen doet de hele nacht het stuurwerk, ik lig op de vloer in de kajuit van een rollende boot. Als Koen het echt niet meer volhoudt ga ik een uurtje naar buiten. Dat gaat net, daarna ga ik weer plat. Ik voel me alsof ik een enorme kater heb. En dan wil je alleen maar rustig, stil en donker in een lekker bed liggen. Alleen lig ik in een heen en weer schommelende boot die heel veel geluiden produceert als ze weer door één van de ruim drie meter hoge golven opzij wordt gegooid, of naar voren of omhoog… Één voordeel: het waait hard en we maken lekkere snelheid. En we arriveren dus eerder dan gepland. Koen is echt mijn grote held. Dat was hij al, maar nu nog eens extra. Wat een bikkel.

Na een goede nachtrust achter ons anker in een overvloedig door fikse windvlagen geplaagde baai bij Mindelo, voel ik me weer fit.
Deze grote kleine stad bruist. Alles straalt handel uit. Pick-up trucks zijn vol geladen met voedsel en ‘plastic’ handelswaar. De stad heeft alles wat je als zeiler nodig hebt. Van een behoorlijk goed assortiment in middelgrote supermarkten tot een groente- en fruitmarkt met de meest exotische (peul)vruchten. Van een vismarkt waar men het met de hygiëne niet zo nauw neemt tot een van Afrikaanse kleding en souvenirs uitpuilende markt. Maar ook een ‘Frans Stevens’ met alle mogelijke ijzerwaren en loodgieterswerk. We hebben een rolletje teflontape nodig. En tja, hoe ga je dat aan een Portugees sprekende Kaapverdiaan uitleggen? De man achter de toonbank, in een nette donkerblauwe stofjas, lacht prachtig witte tanden bloot als wij vragen of hij Engels kan. “Little bit…” “Ok, we are looking for teflontape.” “Ok, I know…”, zegt hij heel blij. En ja hoor, hij loopt naar een laatje in een enorme ouderwetse houten voorraadkast en haalt een rolletje teflontape voor de dag! Ook alle andere zaken die we nodig hebben voor kleine reparaties aan boord worden voor de dag getoverd. Hij blij, wij blij!

Bij de marina, waar we vlakbij voor anker liggen, is een floating bar. En alhoewel het personeel er het minst vriendelijk is van alle Kaapverdianen die we hebben ontmoet, brengen we er toch menig uurtje met een heerlijk koud biertje door. Er is namelijk perfecte wifi. Én veel ‘collega’-zeilers met de gebruikelijke verhalen en tips &trucs. Én een zeer veilige ‘parkeerplaats’ voor ons Veertje (tegen betaling van een schandalige € 4,- per dag). We varen menig keer, met buitenboordmotor deze keer want roeien tegen de harde wind in is bijna niet te doen, van de HM naar de bar. Parkeren het Veertje en lopen de stad in. Dompelen ons onder in deze ietwat chaotische, kleurrijke, gezellige stad. Struinen supermarkten en de groente- en fruitmarkt af. Gaan bepakt met twee zware tassen wasgoed naar de lavanderie en komen anderhalf uur later terug met heerlijk frisse, naar de mensen hier geurende (een beetje groene-zeepachtig), weer eens echt schone was. Onderweg kopen we bijna Nederlands aandoend zacht brood, papaja’s en een enorme tros groene bananen die onderweg, hangend in het fruitnet onder de zonnepanelen, mooi kan rijpen.
De laatste boodschappen zijn gedaan. De drie dagen geleden opgestelde kluslijst is bijna ‘afgevinkt’. De HM is er klaar voor. En wij? Koen kijkt er enorm naar uit, ik wil het het liefst zo snel mogelijk achter de rug hebben. De ‘grote oversteek’. Ik zie er tegenop na de laatste twee minder fortuinlijke zeiltochtjes. Maar goed, we gaan gewoon, naar de warmte, de prachtige snorkel- en duikplekken, naar een nieuw continent. Hoogstwaarschijnlijk morgen het anker ophalen en de zeilen hijsen. Ongeveer 2100 mijl (net geen 4000 km) te gaan, heading for Barbados of St. Lucia. Met de noordoost-passaat en de stroming mee de Atlantische Oceaan over. We hopen de klus net binnen drie weken te klaren. Let’s go!

(Voor foto’s zie onze Fotogalerij.)

16 gedachten over “Kleurrijk Afrika, 13-01-2018

  1. wilma Beantwoorden

    wat moet ik nog zeggen na al deze reacties, ze volgen jullie met spanning,ik ook heeeeeeeeeel veeeeeeeel succes. hoor weer van jullie over een paar weken.xxxjes wilma ger poot molly

  2. Mary Wesselman Beantwoorden

    Lieve Yvonne en Koen, genoten en mijzelf in Afrika gewaand met het prachtig geschreven verhaal. Wens juliie alle voorspoed, zonder al te veel zeeziekte, bij de grote oversteek.
    XXX B&M

Laat een antwoord achter aan wilma Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *