Vaarwel PSL, 25-02-2017

Tja, daar liggen we dan. In Port-Saint-Louis-du-Rhône. Zowat op de Middellandse Zee, maar nog verre van Mediterrane sensatie. We arriveerden hier met een fikse mistral. En vervolgens verblijven we vele dagen in de jachthaven met een énorme mistral. De wind blaast constant met 6 Bft uit het noordwesten, de windstoten zijn frequent en hard, tussen 7 en 9 Bft. Zelfs wandelen is niet leuk. De wind is ijzig koud. We doen het soms toch. Want we willen bewegen en buiten zijn. De heenweg door het dorp, enigszins beschut tegen de kille wind, terug langs de Rhône met de wind in de rug. Mutsen, shawls en handschoenen kunnen nog lang niet worden opgeborgen, het rode monstertje (het elektrisch straalkacheltje) draait overuren, ons bed is comfortabel en warm dus slapen we lekker lang uit. De zon schijnt uitbundig maar is niet opgewassen tegen de krachtige koude wind. In de nacht worden laagjes ijs op de van een enkele regenbui afkomstige plassen gevormd. Sporadisch is het een halve dag lente. Dan is het even windstil, grijpt de zon haar kans en straalt PSL aangenaam warm. Echtpaar ijsvogel vliegt met me mee als ik met een volle tas wasgoed naar het havenkantoor wandel. Vrolijk wappert het linnengoed een uur later aan de lijntjes op het dek. Wij worden er ook vrolijk van. Na een halve dag draait de wind en trekt weer aan. Ook de wind vanuit oost of zuid is heftig en krachtig. Nu liggen we aan lager wal, tegen de steiger aan geplakt. Onze HM deert het niet. Zij laat al dat natuurgeweld rustig over zich heen komen. Ze piept en kraakt niet. En als wij zorgen dat er geen lijntjes tegen de mast klapperen en de stootwillen niet tegen de romp slaan, dan slapen wij rustig.

Voordat we hier aan kwamen hadden we het idee om hier maximaal een maand te blijven. Arriveren, mast er op, boot verder zeilklaar maken, een paar daagjes sightseeing, even wachten op goede wind en aangename temperatuur en hup de Middellandse Zee op. We hadden verwacht dat het weer hier in de winter aangenaam zou zijn. Hadden we kunnen weten dat dit niet het geval is? Misschien wel als we nog meer gelezen hadden? Wellicht. Maar we horen ook van de plaatselijke bevolking dat de winter hier extreem koud is dit jaar…

Inmiddels zijn we hier al 6 weken. En afgelopen week was het dan eindelijk voorjaar! Met temperaturen tussen 15 en 20 graden, diepblauwe luchten en windkracht tussen 2 en 4 Bft kon dan eindelijk de zonnebrandcrème tevoorschijn gehaald worden. Prachtig zeilweer… maar we zijn nog steeds in PSL. Dat heeft een leuke reden. We hebben besloten om door een lokaal bedrijf, Marine Metal in samenwerking met PSL Greement, een bimini (zonnedak voor boven de kuip) te laten maken. Koen heeft al zijn onderhandelingstechnieken in de strijd gegooid. Weglopen zonder tot overeenstemming te zijn gekomen, telefoontjes tussen vader en zoon ‘Marine Metal’, verongelijkte gezichten, maar uiteindelijk een ‘shake hands’ waarmee een goede deal is bezegeld. Met als voorwaarde dat het ding binnen 10 dagen gereed en geplaatst is. En jawel hoor, afgelopen donderdagochtend: ‘knock, knock’, daar stonden pappa Benoit en zoon Hugo met onze bimini. Zomaar een dag eerder dan gepland! Het duurde uiteindelijk tot ‘s middags 16.00 uur voordat het allemaal geïnstalleerd en in orde was. De mannen waren wat gereedschap vergeten en kwamen na de lunch terug. Nu weten wij inmiddels dat de Franse lunch toch gauw twee uur in beslag neemt. In dit geval drie… Maar ach, we komen zelf ook al een beetje in zuidelijke relaxmodus, dus wij wachtten rustig af 🙂 .

Nu de bimini klaar is hebben we, indien gunstige weersomstandigheden, geen reden meer om in PSL te blijven. De HM is zeilklaar. De lange kluslijst nog niet, maar wat moet om te kunnen zeilen is gedaan. Carnavalszondag lijkt een rustige dag te worden. Hier geen carnavalsgedruis en wat er blaast is geen joekskapel maar een zwak windje uit noord-noordwest, ideaal om naar Ile du Frioul voor de kust van Marseille te varen. Veel zon, 15 graden, golfhoogte van minder dan een meter. De dagen erna iets onstuimiger weer, maar niet heel verontrustend. Dus: zondag is een prima vertrekdag. Op dit moment zitten we al weken te wachten.

Als we naar het havenkantoor lopen om het liggeld voor de afgelopen anderhalve maand af te rekenen zegt Koen: “Weten we het zeker? Zullen we niet toch nog een weekje blijven liggen?” Ik probeer te peilen of hij een grapje maakt of dat hij het serieus overweegt. Ik denk beide… Hij voelt net als ik een hele sterke drang om het avontuur verder tegemoet te gaan, weer te kunnen zeilen en dit, zoals Koen het zo mooi verwoordt, futloze dorp achter ons te laten. Maar daar komt ook het ‘wel-niet-mannetje’ om de hoek kijken. Hij rent in onze hoofden van links naar rechts, van wel naar niet, van wel naar niet, van niet naar wel. We zijn immers mensen. Gewoontedieren. We zijn hier al aardig ingeburgerd. Koen heeft zich al zo goed aangepast dat hij zelfs in zijn Adidas-smoking boodschappen doet. Dan zegt iedereen vriendelijk goedendag en stoppen ze voor het zebrapad verzekert hij mij met een guitig koppie. Het personeel van de Intermarché weet al dat ons Frans nog steeds niet op en top is en doet haar uiterste best om een enkel woordje Engels te communiceren. Dit voorkomt wat mij betreft echter niet dat ik me blijf ergeren als ik er boodschappen doe. Ergernis vanwege al het gedoe bij de kassa. Bonnetjes en cheques, dit in dat laatje en dat weer daar, aftekenen door klanten en kassajuf, veel gekeuvel, en…? Ik weet het allemaal niet, maar alles duurt eeuwen. Wellicht kunnen schoonzus Jessica en mijn oud-collega’s hier nog eens wat lesjes geven in efficiënt kassawerk en betalingsverkeer.
In de drie plaatselijke watersportwinkels zijn we graag geziene gasten. De Creoolse dames van de winkel met tweedehands watersportspul herkennen ons al. De ietwat stuurse havenmeester vraagt de laatste week zelfs: “Ca va?” en knikt eens vriendelijk. We drinken koffie bij de Duitse Bernd die met zijn tienjarige dochter op een 87 jaar oude Friese sleepboot door Europa vaart en nu zijn schip op het droge heeft liggen voor groot onderhoud. Hij wordt hierbij geholpen door een puber van 17 die op het verkeerde pad was geraakt en bij wijze van hulpverlening nu onder Bernds’ hoede is. De Deense Nicolas, die we afgelopen zomer in Cuxhaven ontmoetten en wiens Van de Stadt Zeehond hier ook op de wal ligt voor onderhoud, bezoekt ons en vertelt glimmend dat hij volgende maand voor de tweede keer vader wordt. De dames van de Ulyssee (de lokale busmaatschappij) nemen keer op keer alle tijd als we informeren naar mogelijkheden om Istres, Arles, Marseille, een centre commercial of bouwmarkt met de bus te kunnen bereiken. De werklui van de driemaster staren ons telkens weer verbaasd na als we joggend voorbij komen tijdens ons rondje hardlopen.

En nu gaan we hier weg, het onbekende tegemoet, niet wetende waar we de komende nacht zullen slapen. Een jachthaven of voor anker? De luxe van walstroom (en daarmee ons rode monstertje) kwijt. Verstoorde nachtrust tijdens mistral (of andere harde wind) is, als je aan een steiger ligt, peanuts in vergelijking met achter het anker liggen. Geen supermarkt meer voor je deur waar je twee keer per dag verse pains kunt halen. Geen wifi zodat we met familie en vrienden kunnen Skypen, alles via Facebook in de gaten kunnen houden en de verkiezingen in Nederland kunnen volgen. Maar we voelen allebei: dit alles weegt niet op tegen wat er komen gaat. Zo ontzettend veel zin en drive om onze reis voort te zetten, nieuwe plekken te verkennen, mensen te ontmoeten, onszelf tegen te komen, het buitenleven, bezig te zijn met zeilen en alles wat daar bij hoort. We willen gaan, geen twijfel mogelijk!

Vandaag de laatste boodschapjes, verse groenten en fruit. Nog een paar wasjes draaien. Terwijl ik zit te schrijven sluit Koen de SSB-zender, helaas na een stroomstoring afgelopen week gedemonteerd, opnieuw aan. Hij kijkt een beetje sip. “Wat is er aan de hand liefie?” “Tsja, ik heb 24 jaar in de Stationsstraat gewoond, 30 jaar in de Grotestraat, 6 weken in PSL en nu moet ik alwéér verhuizen!” Een trieste blik en waterige oogjes.
We laten samen de voorbije 6 weken de revue passeren. De fietstocht naar het strand (de enige want direct daarna werd mijn fiets gestolen terwijl deze op de steiger en op slot stond). De wandeling en autorit door de Camargue, een magnifiek natuurgebied met haar zuurstokroze flamingo’s, gitzwarte stieren in grote kuddes, de vele paarden.
Het heerlijke lentegevoel in levendig Marseille, hip, vol gezelligheid, straatartiesten, chique winkelboulevards, fenomenaal uitzicht vanaf de Notre Dame de la Garde, straten met uitsluitend Arabische winkels, kraampjes en restaurants, de smalle steegjes en trappen met kleurrijke graffiti-kunst in de vroeger zo criminele wijk Le Panier, nu compleet in renovatie. Maar ook de ‘achteraf’-straten met vuilnis en louche types.
Historisch Arles waar we de enige toeristen leken. De stad waar we het Vincent van Gogh-gevoel probeerden op te snuiven, wat pas lukte toen we er een tweede keer waren en de pittoreske straatjes zonlicht opvingen.
Het Romeinse meesterwerk Pont du Gard, het aquaduct wat in een ver verleden zorgde voor een welvarend Nimes met badhuizen, villa’s met vijvers en Romeinse baden, stadsfonteinen en een ondergronds rioleringssysteem.
De rondrit door de Gorges du Verdon. Compleet onder de indruk was en ben ik. Zo immens, zo imposant. Ik was zo klein, de natuur zo overweldigend groot. De enorme rotspartijen, de smaragdkleurige Verdon die er doorheen kronkelt. De sneeuw op het hoogste punt. Een lust voor het oog en een prikkel voor de geest.
En last but not least het dagelijkse leventje hier in gezapig PSL. We gaan het toch missen… Maar het is goed.

15 gedachten over “Vaarwel PSL, 25-02-2017

  1. Auke&Anita Beantwoorden

    Hoi Koen en Yvonne, weer erg genoten van een prachtig verhaal. Inmiddels zullen jullie de zeilen gehesen hebben. Wij wensen jullie heel veel plezier, geluk en genot. Hartelijke groeten van Auke en Anita.

Laat een antwoord achter aan Willy peters Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *